De stamboom van Mureau

Bevolkingsregisters       Memories van Successie

Johannes Moreau en Catharina van Donk

Johannes Moreau wordt geboren in 1806. Hij is de 2 jaar jongere broer van Cornelis Moreau. Hij woont en werkt op veel plaatsen in de regio, zoals Wagenberg, Klundert en Zevenbergen, meestal als dienstknecht bij mensen in huis. Hij belandt uiteindelijk in Princenhage, waar hij in contact komt met de drie gezusters van Donk: Anna, Bernardina en Catharina. Hij trouwt in 1866 met de jongste zus: de 39-jarige Catharina van Donk. Hij is dan zelf 60 jaar oud! Ze gaan wonen op Varend C27, in het huis dat altijd eigendom is geweest van de familie van Donk en nu eigendom is van die drie zusters van Donk.

Zij hebben in 1852 het onroerend goed dat hoort bij Varend 27 (huis, erf, bouwland) van hun moeder gekocht en een hypotheek daarop afgesloten. Dat stelt ons in staat hun leven een beetje volgen, niet alleen via bevolkingsregisters maar ook via de verschillende aan- en verkoopaktes, hypothecaire leningen en testamenten die ze gedurende hun leven hebben opgesteld en afgesloten. Catharina heeft zelfs in totaal drie keer een testament opgesteld, vanwege die hypotheek en het onroerend goed bezit. Omdat ze, zoals gebruikelijk in die tijd, in gemeenschap van goederen is getrouwd met Johannes wordt hij mede-eigenaar.

Uiteindelijk laten ze niet veel na. Als Johannes in 1882 overlijdt, laat hij zijn deel van het onroerend goed en hypotheek nog na aan zijn vrouw, Het lijkt erop dat de hypotheek is ingelost in 1884, waarschijnlijk door alles te verkopen. Daar is geen hard bewijs van gevonden. Als in 1894 de nalatenschap van Catharina wordt vastgesteld is er in ieder geval geen sprake meer van onroerend goed of hypotheek.

Geboorte

Johannes Moreau wordt geboren in 1806. Hij is de jongere broer van Cornelis. Deze laatste krijgt vier zonen die de lijn van de Mureau's in Nederland voortzetten. Johannes is een zijtak. Aangezien hij geen kinderen zal krijgen loopt zijn genealogisch spoor dood. Hun ouders zijn Jean Moreau en Anthonia den Hertog.

 

Vele omzwervingen

Johannes heeft een rusteloos leven geleid. Hij heeft op verschillende adressen in West-Brabant gewoond en gewerkt, meestal als dienstknecht, en is pas op zijn zestigste (!) getrouwd. Via de bevolkingsregisters kunnen we zijn spoor door Brabant volgen. Zijn naam wordt wisselend gespeld als Mureau en Moreau, en Johannes en Jan.

Bevolkingsregisters
Wagenberg 1826
Wagenberg 1829-1839
Wagenberg 1840-1850
Zevenbergen 1840-1849
Kieslijst Wagenberg 1847
Wagenberg 1850-60
Klundert 1850-62
Wagenberg 1860-70
Princenhage 1860-1879
Princenhage 1880-1890

 

Johannes werd in 1825 aangemeld voor militaire dienst, maar heeft geen dienst gedaan. In die periode moesten jongeren 5 jaar dienst doen, tussen hun 18e en 23e jaar. Je hoefde niet in dienst als je uitgeloot werd, als je te klein was, of vanwege broederdienst. Volgens de beschrijving was Johannes ongeveer 1m 60 lang, had hij blauwe ogen en donkerbruin haar. Hij was "aan het regteroog scheel"! Hij is waarschijnlijk vrijgesteld wegens broederdienst (staat nergens vermeld).

 

Bevolkingsregisters
Princenhage
1850-1859 blz 34
1850-1859 blz 139
1850-1859 blz 159
1860-1879 blz 38
1880-1889 blz 26
1890-1899 blz 27
1890-1899 blz 284
1890-1899 blz 290

Catharina van Donk

Catharina wordt in 1826 geboren. Zij is de jongste dochter van Bartholomeus van Donk en Huiberdina Elissen in een gezin van 10 kinderen (zie Genealogisch Overzicht). Vader Bartholomeus overlijdt in 1834, nog maar 50 jaar oud. Drie kinderen zijn overleden als baby, de moeder blijft zo dus op haar 54e achter met de zorg voor zeven kinderen.
Ze wonen op Varend C27, in Princenhage. Dat is het buurtschap Vaareind ten zuiden van Prinsenbeek, rond wat nu de Vaareindseweg is. Catharina woont in die periode soms wel "thuis", maar ze woont en werkt ook af en toe in de omgeving, bijvoorbeeld tussen 1851 en 1856 in Emer (Breda) en in 1856/1857) in Klein Overveld (Breda). Ze is dan "meid" (Bevolkingsregisters van Princenhage 1850-1859 (blz 139 en blz 159).

 

Varend 27: huis, erf, moestuin en een stuk grond

Huijberdina Elissen is al vanaf 1818 eigenaar van het huis, erf, moestuin en een stuk grond op het adres Varend 27. De percelen worden gedetailleerd beschreven in het kadaster 1811-1832 (Sectie F, percelen 273, 274 en 275, alles bij elkaar een hectare), waaruit we kunnen afleiden waar het gelegen heeft. Huiberdina neemt in 1835, vrijwel meteen na de dood van haar man, een hypotheek op het onroerend goed en leent 200 gulden. Ze had waarschijnlijk geld nodig, om voor haar 7 kinderen te kunnen zorgen.

In de loop van de volgende jaren trouwen twee zonen en een dochter. Vier (ongetrouwde) zusters van Donk blijven over in het ouderlijk huis. Dat zijn Anna (41), Bernardina (37), Adriana (32) en Catharina (26), die in 1852 een grote beslissing nemen en, zeven jaar voor het overlijden van hun moeder, het onroerend goed (huis, erf en grond) voor 800 gulden van haar overkopen (zie koopakte). Broers Bartholomeus, Antonie en zuster Willemijna zijn hier niet bij betrokken, waarschijnlijk omdat ze getrouwd zijn en elders wonen. De zusters garanderen in ieder geval zo hun woonplek. Moeder mag tot haar dood in het huis blijven wonen, zo staat nadrukkelijk in de koopakte. Ze hoeven tot het moment van overlijden ook nog niets te betalen.

Als moeder 25 maart 1859 overlijdt gebeuren er een aantal dingen. Allereerst laat Adriana (die inmiddels in 1856 was getrouwd) zich op 3 april uitkopen door de overige drie zusters. Op dezelfde dag sluiten Anna, Bernardina en Catharina een lening (hypotheek) af van 1100 Nederlandsche guldens bij de lokale bakker (!), Gerardus Taks, met het onroerend goed als onderpand (inmiddels in waarde gestegen van 800 naar 1100 gulden). Volgens de aankoopakte hoefden ze in 1852 nog niets te betalen. In die akte staat wel dat ze bij het overlijden van de moeder het onroerend goed moeten financieren met een hypotheek. Dat doen ze dus. Het gevolg van de hele aankoopaktie uit 1852 is dat de tegenwaarde van het onroerend goed nu dus niet verdeeld hoeft te worden over alle kinderen. De Memorie van Successie van de moeder, die de nalatenschap vaststelt (slecht leesbaar) rept niet van huis of grond. zegt alleen maar dat ze alles nalaat aan de kinderen (ze heeft dat huis en die grond niet meer in haar bezit, dat is dus eigenlijk 7 jaar van te voren aan de nalatenschap onttrokken).

 

Huwelijk in Princenhage

Johannes komt rond 1865 in het leven van de drie zusters. Hij trouwt in 1866 in Princenhage, 60 jaar oud, met de 39-jarige Catharina van Donk. Ze gaan wonen in Princenhage in Varend C27, het huis dat van de drie zusters is. Anna (55) en Bernardina (51) blijven daar ook wonen. De 60-jarige Johannes had de keuze uit drie zusters, maar hij koos met afstand de jongste. Dat moet even spannend geweest zijn in huize van Donk.
Ze worden bij de inschrijving in het bevolkingsregister van 1860-1879 blz 38 hoveniers genoemd, maar bij alle andere gelegenheden worden Johannes en Catharina gewoon arbeider, landbouwer of bouwman genoemd.

Testamenten gezusters van Donk

Deze familie dacht goed na over financiele zaken, natuurlijk vanwege die hypotheek. De drie zussen maken meteen in 1859 hun (eerste) testament op, waarin staat dat ze alles aan elkaar nalaten. Maar wel met een mits: als er eentje trouwt moet deze bij overlijden van een ander 300 gulden aan de overblijvende zuster betalen!

Testamenten
1859 Catharina en zusters
1870 Catharina en Johannes
1879 Anna en Bernardina
1884 Catharina
Als Catharina in 1866 trouwt met Johannes Moreau wordt door haar een nieuw testament opgesteld. Dat gebeurt in 1870. Ze stellen allebei netjes een apart testament op waarin ze alles aan elkaar nalaten. In 1879 herzien Anna en Bernardina hun testament. Ze laten nu alles na aan Catharina. Dit gebeurt 4 maanden voor het overlijden van Bernardina, alsof ze dat aanvoelde en nog iets op tijd wilde regelen. De aangifte van dat overlijden wordt gedaan door Johannes, die duidelijk een vertrouwenspositie heeft gekregen.

Bernardina laat, zoals in het testament was vastgelegd, alles na aan Catharina en Johannes. Dit wordt in haar Memorie van Succcessie bevestigd. Uit die Memorie blijkt dat Catharina en Johannes in gemeenschap van goederen getrouwd waren. Alles komt zo dus op hun beider naam te staan zodat ze nu, in 1880, 2/3 van grond, huis, erf, moestuin en hypotheek (!) bezitten. In deze akte staat ook dat het onroerend goed wordt geschat op 1600 gulden (ze hebben het 28 jaar eerder voor 800 gulden gekocht! ).

 

Overlijden en erfenis

Johannes Moreau overlijdt in 1882, op 76-jarige leeftijd. Hij wordt bouwman genoemd, zijn vrouw landbouwster. Ze wonen dan nog steeds op Varend 27 in Princenhage. Johannes laat alles na aan zijn vrouw, zoals in het testament stond. De Memorie van Succcessie bevestigt dat. Omdat zus Bernardina in 1880 overleden is en alles heeft nagelaten aan Johannes en Catharina is de laatste nu verantwoordelijk voor 2/3 deel van de de grond, het huis, erf en moestuin. Dit onroerend goed wordt nu geschat op 2100 gulden. Met daar tegenover ook 2/3 van de hypotheekschuld, en nog wat andere schulden en kosten (onder andere een rekening van 100 gulden voor begrafeniskosten en speciale kerkdiensten). Alles bij elkaar laat hij ongeveer 260 gulden na (en dat zit voornamelijk "vast" in het onroerend goed). Anna is de andere zus. Zij draagt een derde van de schuld en heeft ook een derde van het bezit. In de Memorie van Successie staat verder omschreven dat Catharina de helft van alles krijgt en dat de andere helft na haar overlijden, "al wat overblijft", zal overgaan naar de kinderen van Cornelis, de broer van Johannes.

Dat gaat niet door, want Catharina verandert haar testament in 1884, twee jaar na het overlijden van haar echtgenoot, waarin ze nu alles nalaat aan haar oudste zuster Anna ("die bij haar inwoont").

Het maakt niet uit omdat het er op lijkt dat in die periode de hypotheek al is afgelost. Deze verwijzing naar een roiement door Lambertus Taks is het enige dat we hebben (Vader Gerardus Taks is in 1878 overleden en heeft alles nagelaten aan zijn zoon Lambertus).

In de jaren 1880-1890 wonen de twee zussen nog steeds op Varend 27. Het huis en het land wordt uiteindelijk op 14 juni 1893 voor 2850 Gulden verkocht aan Petrus de Graaf (ooit gekocht in 1852 voor 800 Gulden!). Petrus sluit meteen op dezelfde datum een hypotheek af. In dezelfde periode verkoopt Catharina in oktober, vlak voor dat ze gaat verhuizen, samen met twee andere weduwen, ook nog wat roerend goed. (zie Regionaal Archief Tilburg)

Bevolkingsregisters
Princenhage
1880-1889 blz 26
1890-1899 blz 27
1890-1899 blz 284
1890-1899 blz 290
In het bevolkingsregister van Princenhage 1890-1899 blz 27 is te zien dat Petrus de Graaf met zijn gezin op 16 november 1893 op dit adres gaat wonen en dat de zusters op diezelfde datum worden uitgeschreven en verhuizen naar Prinsenbeek. Ze gaan dan allebei wonen in "Beek" (Prinsenbeek). In de Bevolkingsregisters van 1890-99 in Princenhage kunnen is te zien dat ze eerst verhuisd zijn naar naar huis 229 en toen op 4 december naar huis 223.

Ze hebben daar niet lang gewoond. Anna overlijdt 3 maanden later al, in februari 1894, op 82-jarige leeftijd (ze was het oudste kind). Vier maanden daarna overlijdt Catharina in juni 1894 op 67-jarige leeftijd (zij was de jongste). Ook in de overlijdensaktes staat dat ze "op de Beek" woonden.

Wat er met het geld is gebeurd, is onduidelijk. In november hebben ze huis en grond verkocht voor 2850 gulden. De hypotheek is in 1884 al kwijtgescholden. Ze laten volgens de Memorie van Successie echter niet veel na. Anna laat ongeveer 260 gulden na aan Catharina, die zelf enkele maanden later maar 40 gulden contant geld nalaat aan de familie.

Vreemd.