De stamboom van Mureau

Anthonia   Cornelis   Antonie   Jacobus   Simon   Maria

Simon Mureau (1850-1929), Vonnis 1871

Mishandeling

Op de avond van 19 april 1876 zit Simon in de kroeg van Pieter de Wijs in Stuivezand (Oosterhout). Hij ziet dat Antonia Brouwers wordt lastig gevallen door de 17-jarige Pieter van Meel. Er onstaat daarop een vechtpartij, gezien door 7 (!) getuigen. Als de waard vraagt of ze het gevecht buiten willen voortzetten zeggen mensen tegen Pieter van Meel dat hij bloed op zijn rug heeft. Hij blijkt een snee in zijn rug te hebben, veroorzaakt door een scherp voorwerp (mes of glas).

Er hangt Simon een mogelijke gevangenisstraf boven het hoofd van 3 maanden, plus 8 euro boete (of een vervangende gevangenisstraf van 3 dagen).

De getuigenissen zijn echter heel algemeen, niemand heeft iets gezien van een steekpartij, Antonia Brouwers beweert dat Pieter van Meel begonnen is. Simon zelf ontkent de vechtpartij en zegt dat er slechts sprake was van zelfverweer.

De rechtzaak is op 22 april. Hij wordt op 15 mei vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs.

Antonia Brouwers is de toekomstige vrouw van Simon. Ze trouwen twee jaar later. Was zij toen al zijn vriendin, en heeft hij haar verdedigd? Of hebben ze elkaar toen pas leren kennen juist doordat hij haar verdedigd heeft?

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Nr 165 der Rolle

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Simon Mureau

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

mishandeling

 

 

 

 

Vonnis

 

.... den heer Officier .......

ingevolge exploit van den 22 April 1876

ter eenre

 

.......................tegen

Simon Mureau, 24 jaar, schipper, geboren en wonende te Terheijden,

verweerder ter ander zijde

 

 

Gezien .......

 

 

Gezien ........ door den Inspecteur van policie Koens??? onbezoldigd Rijksveldwachter te Oosterhout dd 19 April 1876

 

 

 

 

 

 

 

 

dat het der Regtbank moge behagen de beklaagde schuldig te verklaren aan moedwillige mishandeling geen ziekte of beletsel tot persoonlijke arbeid veroorzaakt hebbende

 

 

en mitsdien te veroordeelen tot gevangenis straf voor den tijd van drie maanden en in eene geldboete van 8. - ten behoeve van de staat subsidiair 3 dagen gevangenis straf en in de kosten van het geding des noods bij lijfsdwang?? verhaalbaar

 

 

 

Gehoord den beklaagde in zijne verdediging;

De Regtbank, na dat ieder Regter zijn gevoelen, geuit heeft, achtervolgens de Wet:

 

Overwegende, dat uit de verklaringen van een zevental getuigen ter terechtzitting onder eede gehoord remitteert ? , dat in den avond van den 17de April l in de herberg van den getuige Pieter de Wijs op het gehucht Stuivezand onder de gemeente Oosterhout, tusschen den getuige Pieter van Meel en den beklaagde Simon Mureau twist is ontstaan, die ten gevolge had, dat genoemde herbergier partijen verzocht zijne woning te verlaten; dat deze aan dat verzoek gevolg hebben gegeven en dat getuige ogenblikken daarna is gebleken, dat genoemde getuige in het gedrang daardoor ontstaan, onderscheidene wonden in den rug had opgedaan, die blijkbaar door een mes of ander scherp snijdend werktuig waren toegebracht doch dat het geding geen rechtsgeldig bewijs heeft- opgeleverd dat de beklaagde aan dat toebrengen schuldig staat, gelijk hem by dagvaarding is ten laste gelegd.

 

 

 

 

 

 

 

Gezien art 2i0 Wetboek van Strafvordering recht doende in Naam des Konings,


Spreekt de beklaagte vrij van de aanklacht tegen hem ingebracht;

De kosten ten laste van den Staat.


Aldus gewezen bij de Arrondissements rechtbank te Breda en uitgesproken ter Openbare Correctioneele terechtzitting van 15 mei 1876

 

 

 

Present de Heeren Mrs Loke president van Mierlo & Jhr Verheijen, rechters, die binnen 24 uur met de Griffier dit vonnis hebben geteekend.

 

 

 

(handtekenigen)

 

 

 

 

 

Proces Verbaal

 


8 Mei 187...

 

 

....

 

 

tegen

Simon Mureau, 24 jaar, schipper, geboren en wonende te Terheijden

 

 

 

 

 

 

De Griffier geeft voorlezing van het procesverbaal, den 19 April 1876 opgemaakt door den inspecteur van policie tevens onbezoldigd rijksveldwachter te Oosterhout

 

 

De eerste getuige zegt te zijn genaamd Willem Krul, oud 59 jaren, van beroep inspect. van politie, wonende te Oosterhout.

 

Get. verklaart overeenkomstig zijn proces-verbaal.

 

De 2e get Pieter van Meel, 17 jaar, arbeider te Oosterhout

verklaart dat hij op 17 April in de herberg van de Wijs aan Antonia Brouwers vroeg om met hem te drinken; dat zij zulks weigerde en daarop ruzie ontstond in de herberg ten gevolge waarvan hij aan het vechten geraakte met beklaagde

 

dat hij daarop naar buiten is gegaan en toen bemerkte van zijn kameraden hoorde, dat hij bloedde en eene snede in den rug had; getuige zegt nog das hij met niemand anders dan met Mureau heeft gevochten en de anderen toen een eind van hen verwijderd stonden.

 

De 3e get. Pieter de Wijs, 44 jaar, herbergier, onder Oosterhout,

 

zegt dat van Meel niet wist dat hij bloedde en dat hij (get) ook, terwijl van Meel in de herberg was en tot tweemaal toe met bekl. heeft gevochten, niets van bloed heeft bespeurd.

 

De 4e get. Jan Hermens, 20 jaar arbeider, Oosterhout

verklaart dat van Meel na het vechten met Mureau buiten kwam en aldoor? bloedde

 

De 5e get. Cornelis van Tricht, 18 jaar, arbeider te Made,

zegt gezien te hebben dat Mureau aan van Meel een harde slag toebracht en dat van Meel daarna buiten komende bloedde.

 

 

De 6e get. Antonia Brouwers, 20 Jaar, zonder beroep, te Zwaluwe,

verklaart dat van Meel op den bewuste avond ........

 

 

zeer vechtlustig was en ook nog riep "vechten moet ik" , dat hij daarop ruzie heeft gekregen met bekl en zij elkaar hebben aangegrepen en gevochten, doch dat zij na dat vechten niets van bloed bespeurd heeft.

 

 

De 7e get. Johanna van Oosterhout, 21 jaar, mutsenmaakster? te Zwaluwe,

zegt dat van Meel het eerst Mureau heeft aangegrepen en zij in de herberg niets van bloed gezien heeft.

 

 

 

Beklaagde zegt dat hij wel verre van Van Meel gemeden te hebben, zelfs niet eens met hem heeft gevochten, maar er zich alleen toe heeft bepaald om van Meel, die het er op toelegde om handgemeen te worden, van zijn lijf af te houden

 

 

 

 

 

 

 

 

.........de uitspraak bepaald op Maandag 15 Mei 1876

 

 

(Handtekeningen van de rechters)

 

 

 

 

Ter openbare correctionele terechtzitting ........ van Maandag 15 Mei 1876 ...... is het vonnis .................. uitgesproken

 

 

 

 

(Handtekeningen van de rechters)

 

Bron:
BHIC (Zoek bij Archieven > Rechtbanken > Criminele Vonnissen )
Mureau, Simon
Voornaam:Simon
Achternaam:Mureau
Leeftijd:24
Geboorteplaats:Terheijden
Woonplaats:Terheijden
Beroep:schipper
Rol:Gedaagde
Delict:mishandeling
Datum vonnis / uitspraak:22-4-1876
Jaar:1876
Soort rechtbank:Arrondissementsrechtbank
Plaats rechtbank:Breda
Toegangsnummer:23
Inventarisnummer:113
Rolnummer:165