Memorie van Aangifte der nalatenschap van wijlen Pieter Pellenaars .
De ondergetekende Adriana van Rijsewijk, weduwe Pieter Pellenaars, arbeidster, in hoedanigheid van moeder en wettige voogdesse over hare minderjarige kinderen genaamd Pieter, Antonia en Wilhelmina Pellenaars, Willem Pellenaars, arbeider, Elisabeth Pellenaars, gehuwd met en bijgestaan door Hendrik Rens, metselaar, Maria Pellenaars, gehuwd met en bijgestaan door Cornelis Mureau, wonende allen onder Terheijden en Johanna Pellenaars, gehuwd met en geassisteerd door Lambertus Meekens, scheepstimmerman, wonende te Raamsdonk. kiezende allen domicilie ten woonhuis van Antonie van der Schoot wijk C Nr 183 te Terheijden
Dat hunnen man en vader Pieter Pellenaars den 16e November 1843 onder Terheijden ab intestato overleden, en laatst aldaar gedomicielieerd geweest
Dat de onroerende goederen die tot zijne nalatenschap behoren betaan in de gemeenschappelijke helft van
Een huisje, moestuin en erve, groot samen 13 roeden, 52 ellen, staande en gelegen in den polder Hartel onder Terheijden, kadastraal bekend sectie F316, 317, 318
Dat geene andere tot dezelfd? nalatenschap behoren, mitsgaders dat voor niemand buiten zijne hiervoren genoemde kin
iets uit den boedel wordt genoten
Voorts dat door dit overlijden geen Fidei Commis is gedevolveerd noch vruchtgebruik vervallen is.
Getekende te Terheijden de 15 februari 1844
L Meekens
Hendrik Rens
C Mureau
De anderen tekenen met een kruisje omdat ze niet kunnen schrijven