In de lijsten van Kleine Specien wordt een vorm van belasting bijgehouden. Specie is specerij, maar kan ook muntgeld betekenen. Ieder huishouden betaalt belasting voor de volwassenen (een "heele" bijdrage) en voor de kinderen tot 16 jaar (een "halve" bijdrage). De volwassenen kunnen echtgenoten zijn, maar ook knechten en kinderen ouder dan 16 jaar (soms bejaard genoemd). Het hele huishouden (gezin, knechten) wordt soms met naam en leeftijd benoemd. Meestal is het een losse mededeling, maar soms staat er een vermelding van een beroep bij.
Er zijn drie tijdvakken: 1) het jaar 1698, de periode 1715-1722 en de periode 1758-1805.
Terheijden/Wagenberg was opgedeeld in de wijken Dorp (=Terheijden), Het Achterste Eijnde van de Wagenbergse Dijk, Het Voorste Eijnde van de Wagenbergse Dijk, het verder naar het oosten gelegen Klippelenbosch, Monnickshof/Munnikenhof, Crauwelsgorsch, de Noort en nog enkele ander wijken.
De lijsten gelden doorgaans voor het belastingjaar dat loopt van 1 october van het eerste jaar tot 30 september van het volgende jaar.
De lijsten worden opgesteld aan het einde van het belastingjaar ( in tegenstelling tot de gemaalijsten) en geven zo de status weer van dat moment (einde van de zomer van het tweede jaar). Pas aan het begin van de 19e eeuw gaat men over op een belastingjaar dat samenvalt met het kalenderjaar.